Aangescherpte zorgvuldigheidsplicht bij aannemers die beroep doen op derdelanders

Sinds 2013 bestaat een systeem van hoofdelijke aansprakelijkheid in het geval van onderaanneming en illegale tewerkstelling van personen uit een derde-land (niet EER of Zwitserland).

Aannemers zijn niet langer hoofdelijk aansprakelijk van zodra ze in het bezit zijn van een schriftelijke verklaring van hun rechtstreekse contractant die aantoont dat zij geen illegale derdelanders zullen tewerkstellen.

Er ligt een wetsvoorstel voor om die regel te verstrengen omdat men de situaties van uitbuiting en misbruik in het geval van zo’n illegale tewerkstelling efficiënter wil tegengaan.

Door het wetsvoorstel introduceert men een zorgvuldigheidsplicht voor alle aannemers die beroep doen op een contractant die derdelanders tewerkstelt. Het houdt in dat de aannemer van de contractant een aantal gegevens moet ontvangen nl.

  • De identificatie- en contactgegevens van de rechtstreekse contractant;

  • De persoonlijke gegevens, de gegevens over de verblijfsrechtelijke situatie en de gegevens over de tewerkstelling van de buitenlandse werknemers en buitenlandse zelfstandigen van de rechtstreekse contractant.

De aannemer moet erover waken dat hij die gegevens ontvangen heeft. Zo niet, dan is het aan de aannemer om de contractant hierover nogmaals aan te schrijven. Bij gebreke aan reactie van de contractant moet de sociaalrechtelijke inspectie verwittigt worden.

Op dit moment gaat het om een wetsvoorstel. We volgen het verder op en informeren u van zodra het in definitieve wetteksten is gegoten. Dat gezegd zijnde raden we aan om u steeds te informeren wanneer er sprake is van een tewerkstelling van een derdelander aangezien de sancties bij illegale tewerkstelling verregaand kunnen zijn.

Wens je onze nieuwsbrief te ontvangen?

Ja, ik ga akkoord met de privacyvoorwaarden.