Functieclassificatie van het rijdend personeel in PC 140.03

Binnen de transportsector bestaan er verschillende soorten ondernemingen en verschillende soorten chauffeurs. Daarom heeft een paritaire werkgroep – naast een generieke functiebeschrijving met een aantal kerntaken die van toepassing zijn op elke rijdend functie – 10 differentiërende criteria opgelijst. Elk van die 10 criteria heeft 2 of 3 niveaus en elk van die niveaus heeft een bepaalde puntenscore. Het is de som van de scores die het functieniveau (= de functieklasse) bepaalt. 

Bij ELKE aanpassing/evolutie van het takenpakket moet een nieuwe weging/inschaling van de functie gebeuren.

Om te komen tot het functieniveau (functieklasse) voor een rijdende functie dient u als werkgever elk van de 10 differentiërende criteria te overlopen en telkens te bepalen welk niveau het best overeenkomt met wat “normaal” (= meestal) het geval is

Belangrijk bij functieclassificatie is dat men NIET kijkt naar de vaardigheden (wat een persoon KAN of af en toe eens doet), maar wel naar de concrete functievereisten en naar wat de functie regelmatig (quasi dagelijks) doet.

  • Bv.: Als een werknemer over een rijbewijs CE beschikt maar in de praktijk overwegend (meestal = meer dan de helft van de tijd) met een vrachtwagen rijdt die enkel rijbewijs C vereist, dient u in de wegingstabel niveau B te kiezen, zijnde type van vereist rijbewijs = “Rijbewijs C”.

DE VERANTWOORDELIJKHEID VAN DE WERKGEVER

Het is de werkgever die het functieniveau bepaalt, op basis van de reële inhoud van de functie in de onderneming.

De werkgever is verplicht aan elke betrokken arbeider schriftelijk mee te delen in welke functieklasse diens functie werd ondergebracht op basis van de weging van de betreffende functie volgens de hogervermelde principes.

Wij stellen u hiertoe een modeldocument ter beschikking, dat bij voorkeur “voor akkoord” kan worden ondertekend door de werknemer. Aangezien de nieuwe functieclassificatie voor het rijdend personeel in voege treedt vanaf 1 januari 2023, zal dit voor bestaande ondernemingen een eerste maal moeten gebeuren vóór het jaareinde. Gelieve dit ingevulde modeldocument te bezorgen aan uw dossierbeheerder.

De werkgever moet op gepaste wijze de betrokken arbeiders van elke actualisering van de sectorale functieclassificatie op de hoogte brengen via de ondernemingsraad, bij ontstentenis, via de syndicale afvaardiging, bij ontstentenis, via het comité voor preventie en bescherming op het werk, bij ontstentenis, via aanplakking in alle bedrijfszetels van een bericht dat de plaats vermeldt waar de nieuwe en/of gewijzigde functies kunnen geconsulteerd worden. 

HOE GAAT DE INSCHALING VAN DE RIJDENDE FUNCTIES CONCREET IN ZIJN WERK?

Bepaal voor elk van de 10 criteria wat het best overeenkomt met de te waarderen functie. Vul de cijferscore van het aangeduide niveau (A, B of C) in in de blanco kolom rechts. Tel de punten in die rechterkolom op. Vergelijk het totaal van de bekomen punten met de niveauverdeling onderaan links. Dit duidt aan welk van de 4 niveaus of klasses de functie is. De puntentelling kan ook online gebeuren met een tool die u kunt vinden op https://funct14003.be/nl

Puntentelling

Klasse

Functie

10 – 14 punten

R1

Rijdend Personeel Niveau 1

15 – 18 punten

R2

Rijdend Personeel Niveau 2

19 – 25 punten

R3

Rijdend Personeel Niveau 3

26 – 36 punten

R4

Rijdend Personeel Niveau 4

Criteria

Niveau

 

A

B

C

Punten

Type van vereist rijbewijs

Rijbewijs BE of lager

1

Rijbewijs C

5

Rijbewijs CE

7

 

Autonomie & Planning

Activiteiten worden grotendeels gepland voor de chauffeur (via dispatchers, computersystemen, …)

1

Plant en optimaliseert zelf de activiteiten (soms rechtstreeks in samenspraak met de klant): (volgorde van bestemmingen, spreiding in de tijd (meerdere dagen), hoe (vb. volgorde lading van te leveren auto’s) & wanneer laden en lossen, …)

2

 

 

 

Aantal leveringsadressen per dag

Beperkt (enkele)

1

Uitgebreid (vaak 10 of meer)

2

 

 

 

Fysische inspanningen

Eerder licht (vnl rijden, eventueel lossen en laden met gepaste hulpmiddelen)

1

Eerder zwaar (Goederen of hulpmiddelen fysisch versleuren, op trappen dragen, ...)

2

 

 

 

Vereiste kundigheid in manipulatie van bijkomende hulpmiddelen of technische toepassingen of installaties

Laag (vb. transpallet, computerscherm, …)

1

Medium (vb. kooiaap, auto’s, korte kraanarm, eenvoudige technische aansluitingen zelf maken, minder complexe installaties bij klanten bedienen …)

3

Hoog (vb. complexe hoogtewerkers, multi-functionele bulldozer, complexe technische aansluitingen (zuren, brandstoffen) zelf maken, complexe installaties bij klanten bedienen …)

6

 

Mate waarin de lading moet gecontroleerd worden (of niet)

Zeer beperkt (basis = CMR) (vb. basiscontrole van hoeveelheden en eventuele schade)

1

Wat bredere controle vereist (basis = aard van de goederen) (vb. controleren van complexe hoeveelheden, van diverse laad- en losplaatsen waar match goederen/adres moet gebeuren, volledigheid, …)

3

Uitgebreide ladingcontrole vereist (basis = specifieke contractuele verplichtingen van klant) (vb. grondige en interne controle van de vervoerde goederen - zoals gedetaillerde schade of volledigheid van vervoerde auto’s en hun interne onderdelen; …)

5

 

Mate van complexiteit van het laad- en losproces zelf

Eenvoudig (wordt door anderen gedaan of is aan- en oppikken)

1

Complex (vb. moeilijk te plaatsen containers of wissellaadbakken, zoveel mogelijk wagens laden op beperkte ruimte zonder schade aan te richten, druk checken bij tankinstallaties, …)

2

 

 

 

Mate van vereiste “technische of reglementaire” kennis

Beperkt (normaal)

1

Breed (vb. “Kleine” ADR (collies), complexe administratie (incidenten), ATP, HACCP, …)

3

Zeer uitgebreid (vb. “grote” ADR, LZV, uitzonderlijk vervoer (diverse soorten vergunningen kennen en begrijpen), zelf berekeningen maken voor veilige loshoeveelheden, …)

5

 

Mate waarin bijkomende randtaken dienen uitgevoerd te worden

Geen of quasi geen

1

Vaak voorkomend (vb. computers aansluiten, laadtanken vakkundig spoelen, leverplek beveiligen, werf opruimen, ...)

3

 

 

 

Mentorship / Opleiden andere chauffeurs

Neen

1

Ja

2

 

 

 

Totaal aantal punten

 

ENKELE TOELICHTINGEN EN VOORBEELDEN

  • Criterium 1 - Type van het vereist rijbewijs

         Als een persoon een rijbewijs CE heeft maar in de praktijk overwegend (meer dan 50% van de tijd) met een vrachtwagen rondrijdt die                 enkel rijbewijs C vereist, dient men antwoordmogelijkheid 2 (B) te kiezen: type vereist rijbewijs: “Rijbewijs C”.

  • Criterium 3 - Aantal leveringsadressen per dag

         Als een bestuurder meestal (vb. 4 dagen op 5) slechts enkele (minder dan 10) leveringsadressen per dag aandoet maar 1 dag per week             20, is het niveau wat het best overeenkomt met wat “normaal” is: niveau A: “Beperkt”.

  • Criterium 4 - Fysische inspanningen

         Als een bestuurder regelmatig (vb. bij meer dan de helft van de leveringen) zelf goederen of hulpmiddelen fysisch moet verplaatsen,                   dient men antwoordkeuze B te kiezen: “Eerder zwaar”.

  • Criterium 8 - Mate van vereiste “technische of reglementaire” kennis

         Als een bestuurder regelmatig (vb. meer dan de helft van de tijd) met “grote” ADR rijdt, of bestuurder is van een LZV (Lange zware                     vrachtwagen = eco-combi’s), of zelf berekeningen moet maken om te verzekeren dat loshoeveelheden veilig zijn, dan moet                                 antwoordkeuze C (zeer uitgebreid) worden aangeduid.

  • Criterium 10 - Mentorship / opleiden andere chauffeurs

          Indien de bestuurder regelmatig (meerdere keren per jaar) andere bestuurders opleidt of begeleidt bij het (beter) leren besturen of                      beheren van hun voertuig dient antwoordmogelijkheid “B” (ja) aangeduid te worden.

Voorbeeld Chauffeur rijbewijs CE vereist (7 punten), wordt gepland via dispatchers (1 punt), weinig stopplaatsen (1 punt), moet niet zelf laden of lossen (1 punt), geen bijzondere manipulatie van goederen (1 punt), basiscontrole lading (1 punt), lading wordt door anderen gedaan (1 punt), rijdt met “grote” ADR (5 punten), weinig randtaken (1 punt), leidt anderen niet op (1 punt).

  • Deze functie heeft 20 punten en valt dus onder klasse R3 – functie Rijdend Personeel Niveau 3

LOONWAARBORG OP 1 JANUARI 2023

De sector legt vanaf 1 januari 2023 de volgende minimumuurlonen op. Let op, deze bedragen moeten op 1 januari 2023 nog worden geïndexeerd.

Klasse + punten

Functie

Bruto-uurloon (38u effectief (*))

R1

10-14 pt

Rijdend personeel niveau 1

12,4820€

R2

15-18 pt

Rijdend personeel niveau 2

12,9200€

R3

19-25 pt

Rijdend personeel niveau 3

13,0700€

R4

26-36 pt

Rijdend personeel niveau 4

13,2200€

(*) Andere arbeidsregimes worden pro-rata berekend.

Bij de invoering van de nieuwe functieclassificatie op 1 januari 2023 blijft echter minstens het bestaande loon gewaarborgd voor de betrokken werknemers. Indien op bedrijfsvlak een gunstiger uurloon wordt toegekend, heeft dit hogere uurloon ook steeds voorrang op de minimumlonen die door de sector zijn opgelegd.

WAT ALS EEN WERKNEMER HET ONEENS IS? - DE BEROEPSPROCEDURE

Elke werknemer die van mening is dat u zijn functie verkeerd heeft ingeschaald, kan tegen de inschaling beroep aantekenen.

Fase A

De werknemer maakt zijn bezwaar binnen een redelijke termijn schriftelijk kenbaar bij de hiërarchische leiding, de personeelsdienst of de directie, naargelang de geplogenheden in de onderneming. Vermoedelijke datum van kennisname = de derde dag na het aangetekend versturen van de berichtgeving van het bezwaar. Het bezwaar is enkel ontvankelijk indien het voldoende toegelicht/gemotiveerd is. U moet de bezwaren die geldig kenbaar gemaakt zijn bespreken, binnen een termijn van 30 dagen te rekenen vanaf de indiening van de klacht.

De werknemer kan desgewenst zich laten bijstaan door een lid van de syndicale afvaardiging en/of een vertegenwoordiger van de erkende en representatieve werknemersorganisatie in het PC 140.03. U kan zich desgewenst laten bijstaan door een vertegenwoordiger van uw erkende en representatieve beroepsorganisatie in het PC 140.03.

Zowel in geval van akkoord als in geval van niet-akkoord moet u dit binnen de 7 dagen na bespreking schriftelijk meedelen aan de indiener van de klacht. In geval u tot een akkoord gekomen bent met de werknemer, wordt de beroepsprocedure stopgezet.

Fase B

Ingeval geen akkoord tot stand kwam tijdens fase A, kan de werknemer een nieuwe bespreking vragen. Deze bespreking moet plaatsvinden binnen de 30 dagen na de termijn in fase A voorzien op basis van bovenstaand gemotiveerd dossier. Beide partijen kunnen zich desgewenst laten bijstaan door een syndicale afgevaardigde en/of een vertegenwoordiger van de erkende representatieve werknemers- of werkgeversorganisatie.

Zowel in geval van akkoord als in geval van niet-akkoord moet u dit binnen de 7 kalenderdagen na bespreking schriftelijk meedelen aan de indiener van de klacht. In geval u tot een akkoord gekomen bent met de werknemer, wordt de beroepsprocedure stopgezet.

Fase C

In geval geen akkoord tot stand kwam tijdens fase A en/of fase B op het niveau van de onderneming, heeft de werknemer de mogelijkheid om in hoger beroep te gaan bij de sectorale beroepscommissie. De werknemer moet u het beroep dan schriftelijk kenbaar maken binnen de 7 kalenderdagen na bespreking zonder resultaat. U moet binnen een termijn van 7 kalenderdagen te rekenen na ontvangst van het hoger beroep het hoger beroep schriftelijk kenbaar maken bij de sectorale beroepscommissie. Indien u nalaat de commissie te informeren binnen de gestelde termijn, kan de werknemer zelf of via een vertegenwoordiger van zijn vakorganisatie het beroep aanhangig maken bij de sectorale beroepscommissie ten laatste 14 dagen na zijn schriftelijk beroep bij u of na de kennisname van het feit dat u heeft nagelaten om het hoger beroep kenbaar te maken bij de sectorale beroepscommissie.

De sectorale beroepscommissie onderzoekt de klacht op basis van het dossier. Hiertoe kan zij alle stappen nemen die zij nodig acht. De sectorale beroepscommissie doet een voor alle partijen bindende uitspraak binnen de drie maanden nadat het beroep aanhangig werd gemaakt bij deze commissie. U (alsook de betrokken arbeider) wordt schriftelijk ingelicht over die uitspraak door de voorzitter van de beroepscommissie binnen de 7 kalenderdagen.

Indien er binnen de gestelde termijn van drie maanden geen bindende uitspraak wordt gedaan door de sectorale beroepscommissie, kan de werknemer zich tot de arbeidsrechtbank richten. Indien de functie in een andere klasse wordt ingedeeld, geldt die andere indeling vanaf de eerste dag van de maand die volgt op de schriftelijke indiening van de initiële klacht, zoals voorzien in fase A.

Wens je onze nieuwsbrief te ontvangen?

Ja, ik ga akkoord met de privacyvoorwaarden.